De groen-oranje spanning is voorbij: het nieuwe Prinselijk duo van Kruikenstad is bekend! Ze kennen de stad, ze ademen carnaval en ze vullen elkaar aan alsof ze het al jaren doen. Prins Marcus d’n Irste (Marcus de Bont) en Adjudant Wiet (Wiet Koenen) vormen het nieuwe gezicht van Kruikenstad! Samen willen ze laten zien wat carnaval écht betekent: samen lachen, samen vieren en samen trots zijn op de schoônste stad van ’t laand.
Toen Marcus de Bont (57) de vraag kreeg om dit jaar het carnaval te leiden, had hij dat absoluut niet zien aankomen. “Ik was voorbereid op een bloedserieus zakelijk gesprek over iets heel anders,” lacht hij. “Toen die grote vraag kwam, was ik even compleet stil — en dat ben ik normaal gesproken niet vaak!”
Van overleg thuis was geen sprake. “Mijn vrouw Astrid vond het fantastisch. Ze zei meteen: ‘Dat past helemaal bij jou.’ Al moet ik erbij zeggen dat ze vaak de enige is die om mijn grappen lacht, dus dat zegt niet alles,” grapt de kersverse Prins.
Tilburg stroomt door zijn aderen. Marcus – advocaat, echtgenoot en trotse vader van drie, groeide op in de stad en draagt het groen-oranje gevoel al zijn hele leven met zich mee. “Kruikenstad is mijn thuis,” zegt hij met een glimlach. “Het sfeerlied van Willem II vat het eigenlijk perfect samen: Niet de beste, wel de gekste en zijn voor niemand bang. Strijdlustig, sympathiek en met een flinke portie zelfspot — precies zoals wij zijn.”
Zijn adjudant, Wiet Koenen (47), is eveneens een echte Kruik, geboren en getogen in de stad. Hij is getrouwd met Janne Kee en trotse vader van twee kinderen. Carnaval zit diep in zijn bloed: van jongs af aan is hij actief binnen het Tilburgse feestleven. “Ik ben de derde generatie in ons familiebedrijf hier in de stad. We wonen, werken, sporten, feesten en genieten allemaal in Kruikenstad. Er is voor mij geen plek die dichter bij het hart ligt.”
Toen hij gevraagd werd als adjudant, kwam dat onverwacht. “Mijn eerste gedachte was: ‘Wie is de Prins?!’” vertelt hij met een brede lach. “Het was een grote verrassing en een enorme eer. En ja, ik zei volmondig ja — na elf seconden nadenken.” Zijn gezin reageerde vervolgens met ‘Doen!’ gevolgd door ‘Daar gaan we weer!’.” (want hij heeft namelijk al drie jaar in de Raad van XI gezeten).
De band tussen Prins en Adjudant is er één van humor en vertrouwen. “Ik word al vrolijk als ik naar hem kijk,” zegt Prins Marcus met een brede glimlach. “We vullen elkaar perfect aan – het is een soort natuurlijke klik. We delen hetzelfde enthousiasme, dezelfde liefde voor Kruikenstad en dat typische gevoel voor humor dat bij ons hoort.”
Zijn adjudant vult aan: “We zijn een team. Hij hoort matig, ik zie slecht. Hij is slim, ik ben knap. Beiden hebben we een matig muzikaal talent, maar wél een felgroen-oranje hart! We zijn eigenlijk een soort getrouwd stel.”
Voor het duo draait carnaval om veel meer dan feesten alleen. “De wereld is er niet eenvoudiger op geworden,” zegt Marcus. “Juist daarom is het belangrijk dat mensen de knop even omzetten en kunnen genieten. Gewoon vrolijk en gezellig met elkaar — punt.”
Hij ziet het Prinsenschap dan ook als een gezamenlijke missie: “Ik ben een onderdeel van een geheel. Dat geheel bestaat uit mijn adjudant, de Raad van Elf, de Hofkapel, de Lijfwacht, alle vrijwilligers en iedereen die betrokken is bij het carnaval in Kruikenstad. Samen zorgen we ervoor dat de mooiste traditie van onze stad weer maximaal beleefd wordt.”
Als ze vooruitkijken naar het komende seizoen, beginnen de ogen van beiden te glimmen. Voor de Prins is D’n Inhaol het absolute hoogtepunt. “Dan gaat het echt los. De sfeer, de muziek, de mensen — dat is niet te beschrijven.”
Zijn adjudant kijkt vooral uit naar D’n Opstoet. “Dat blijft voor mij het mooiste moment van carnaval. De saamhorigheid die je dan voelt, is onbetaalbaar.”
Het motto van dit jaar spreekt hen allebei erg aan. De Prins vat het gevoel van het duo mooi samen: “Het motto is niet alleen een slogan, het is bijna een soort van levensovertuiging. Een motto met diepgang dat goed bij deze tijd past.”
De adjudant zegt met een knipoog: “Het gaat over anders kijken — out of the box. Niet in een vast stramien, maar openstaan voor andere inzichten. Door anders te kijken, zie je meer. En voor mij persoonlijk betekent het ook dat ik de leesbril nu echt niet meer kan ontkennen.”
Als het aan dit nieuwe Prinselijk duo ligt, wordt het een carnaval vol plezier, verbinding en humor. Of, zoals de adjudant het samenvat: “Gas erop! Zet de bloemetjes buiten, zet je zorgen opzij, pak je vrienden beet en kijk eens met andere ogen naar de wereld — dan zie je dat het leven in Kruikenstad gewoon schoôn is.”
Op een mooi carnavalseizoen!